Afbeelding
Een weg met veel haarspeldbochten kan een flinke uitdaging zijn. Hoe pak je dat goed aan?
Unsplash
Hoe fiets je vloeiend door een haarspeldbocht?
De kans dat je tijdens een fietsvakantie in Europa een haarspeldbocht tegenkomt, is aanzienlijk. Maar hoe rij je nou vloeiend door een haarspeldbocht?
Let op het verkeer
Het belangrijkste: blijf op het verkeer letten. Het ziet er mooi uit als je de renners in de Tour een bocht scherp aan ziet snijden en van de ene kant van het asfalt naar de andere kant ziet gaan over de ideale lijn. Maar daarbij steken ze wel alle rijbanen over. Voor hen geen probleem, het parcours is immers afgezet, maar tijdens een normale fietsvakantie ben je op zo’n moment gewoon levensgevaarlijk aan het spookrijden. Wat dat extra gevaarlijk maakt, is dat een eventuele tegenligger jou ook pas heel laat in het zicht krijgt. Hou er tegelijk rekening mee dat het voor sommige voertuigen lastig is om in een scherpe bocht binnen de baan te blijven. Lange vrachtwagens of bussen hebben soms zo’n grote draaicirkel dat ze de hele weg nodig hebben. In zulke gevallen is het verstandiger om voor de bocht even af te stappen en te wachten. Zeker als zulke voertuigen omhoog komen en jij naar beneden gaat. Verkeer dat bergop gaat, heeft immers voorrang!
Een andere tip om ongelukken te voorkomen: let op het wegdek. Zeker op wat afgelegen bergweggetjes kunnen de randen van het asfalt slecht zijn. In haarspeldbochten geldt dat zeker, omdat door het draaien van voertuigen het asfalt nog veel sneller slijt.
Een andere tip: kijk de bocht door. Let niet te veel op waar je voorwiel is, maar waar je voorwiel heen gaat. Door goed de bocht door te kijken, kun je niet alleen eventuele obstakels op tijd aan zien komen, maar beweeg je heel natuurlijk al je fiets enigszins de goede kant op.
Doe rustig aan, zeker in de afdaling. Je bent immers op vakantie! Bochtenwerk, klimmen en dalen kunnen alledrie behoorlijk intensief zijn. Merk je dat je moe wordt, en was je laatste bocht wat minder vloeiend dan je eerste? Dan is het helemaal geen ramp als je op een veilige plek afstapt, een slok water pakt en even van het uitzicht geniet.
Nog een laatste algemene tip voor wie met veel bagage fietst: verdeel het gewicht van je bagage gelijkmatig over je fiets. Probeer het gewicht aan beide kanten van je fiets zo gelijk mogelijk te verdelen en probeer de zwaarste dingen zo dicht mogelijk bij je zadel te plaatsen.
Omhoog:
Probeer de bocht ruim te nemen
Probeer, rekening houdend met het overige verkeer, de bocht zo ruim mogelijk te nemen. Als je de binnenbocht neemt, leg je weliswaar minder afstand af, maar de binnenbocht is vaak het steilste stuk van een bocht en dus een stuk zwaarder dan de buitenbocht.
Blijf in cadans
De een houdt van een lage cadans tijdens het trappen en ‘stoempt’ omhoog, de ander laat de voeten liever een paar rondes extra draaien en gaat in een licht verzet omhoog. Welke methode je ook kiest: het is het belangrijkste om in cadans te blijven. Zorg ervoor dat je al voor de bocht in een voor jou fijn verzet rijdt, maar dat je nog wel terug kan schakelen als dat nodig is. Handig, als je bijvoorbeeld toch die steile binnenbocht neemt. Let tijdens het schakelen er wel op dat je voldoende druk op de pedalen houdt. Anders ga je alsnog slingeren en sta je uiteindelijk stil.
Plaats je gewicht naar voren
Zeker als je flink wat gewicht achterop je fiets hebt liggen, is het goed om op hele steile stukken een beetje voorover te hangen. Hou je ellebogen breed en buig je armen een beetje, terwijl je je borst naar voren brengt. Zo hou je het gewichtspunt van jou en je fiets meer boven het midden van je fiets, waardoor je beter in evenwicht blijft. Zeker bij lagere snelheden in een scherpe bocht, geen overbodige luxe!
Naar beneden:
Stuurmanskunst: van buiten naar binnen naar buiten
Ook als je tijdens een afdaling door een haarspeldbocht moet, is het zaak om de bocht zo ruim mogelijk te beginnen. Dat betekent dat je vaak eerst een beetje ‘tegenstuurt’, de verkeerde kant op. Stuur daarna vloeiend naar binnen. Zoek de binnenkant van de bocht op en rol van daar weer richting de buitenkant van de weg. Blijf wel op je eigen weghelft.
Rem voor de bocht
Een belangrijke truc: rem voor de bocht, niet in de bocht. Zeker als je met een redelijke vaart naar beneden komt, is het belangrijk om niet pas in de bocht te remmen. Remmend in de bocht verlies je sneller de controle over je fiets. Als je voor de bocht kort en krachtig remt, hou je je fiets veel beter onder controle en ga je in een rustig tempo de bocht in. Kort en krachtig remmen is voor je remmen trouwens ook beter dan lang zachtjes remmen. Maar, rem ook weer niet té krachtig. Als je voelt dat je lichaam naar voren wil (en dus eigenlijk sneller gaat dan je fiets) rem je te hard en moet je je remmen een beetje loslaten.
Rem trouwens sowieso niet hard met je voorrem, maar laat je achterrem het meeste werk doen. De kans dat je voorwiel tijdens een remactie in een bocht blokkeert en je er vervolgens overheen valt, is aanzienlijk, zeker in een haarspeldbocht.
Plaats je gewicht naar achteren
Een bekende mountainbiketruc is om tijdens een afdaling helemaal achterop je zadel te gaan zitten, of zelfs een beetje uit het zadel te komen en achter het zadel te hangen. Terwijl je dat doet, verschuif je je zwaartepunt een beetje naar achteren én hou je je zwaartepunt laag. Daardoor blijf je in een scherpe haarspeldbocht tijdens een afdaling beter in balans.
Nog een tip om je gewicht tijdens een snelle bocht goed te plaatsen: strek het been aan de buitenkant van de bocht zodat je pedaal aan de binnenkant omhoog komt. Als je dan in de bocht mee hangt, raakt je pedaal niet per ongeluk de grond.