Afbeelding
Photo by Robert Ruggiero on Unsplash
Zo bescherm je je fiets tegen pekel
Doorfietsen in de winter is heerlijk. Terwijl de kou je wangen laat tintelen, trap je zo die winterdip weg – en misschien zelfs een paar van die beruchte kerstkilo’s. Zeker in Nederland is doorfietsen in de winter prima mogelijk. Veel fietspaden worden goed onderhouden en zijn ook ’s winters sneeuw- en ijsvrij. Maar daaraan kleeft een heel groot nadeel. Want al dat strooizout dat ervoor zorgt dat je niet onderuitglijdt, is moordend voor je fiets. Wat kun je daar tegen doen?
Er wordt in de wintermaanden heel wat gestrooid in ons land. Tonnen zout worden vermengd met water over het wegdek verspreid. Enerzijds fijn, want dat houdt onze wegen en fietsroutes veilig, maar je fiets slijt er extra hard door. Zeker de onbeschermde delen van je ketting, cassette en derailleur, maar ook andere onbeschermde metalen delen hebben flink te lijden door al dat zout.
Zand, water en zoutkristallen kunnen ieder op zichzelf al voor flinke slijtage zorgen, maar als er gestrooid is, komen die drie samen in een zoute, modderige substantie die doordringt in alle kiertjes en gaatjes van je fiets. Dat maakt de pekel extra schadelijk: de substantie dringt makkelijk door tot in het balhoofd of tussen de lagers van je trapas. Zie het daar nog maar eens vandaan te poetsen.
Bezint eer ge begint
We kunnen niet vaak genoeg herhalen dat een winterse fietstocht heerlijk is, maar er zijn uitzonderingen. Als er gestrooid gaat worden, of net gestrooid is, kan het beter zijn om even te wachten met die heerlijke tocht. Als je tijdens of kort na het strooien de weg op gaat, krijgt je fiets wat alle pekel betreft natuurlijk de volle laag. Denk daarnaast ook aan je veiligheid, want er wordt immers niet voor niets gestrooid. Als je de strooiwagens rond ziet rijden, is de kans op gladheid zeker aanwezig!
Als je de luxe hebt van meerdere fietsen in je bezit, dan kun je ervoor kiezen om een van je fietsen tot ‘winterfiets’ te bestempelen. Kies dan vooral voor de fiets waar je de minste financiële en/of emotionele waarde aan hecht, want deze fiets zal flink gaan slijten. Dat betekent wel dat je ‘goede fiets’ juist minder slijt.
Stap 1: zo snel mogelijk schoonmaken
Soms hoor je wel eens het verhaal dat je je fiets na een natte, modderige tocht best even kunt laten staan en laten opdrogen. Als je fiets droog is, valt een groot deel van de modder er vanzelf al af, is dan het idee. Maar als die modder zout is, is dit juist een erg slecht idee. Hoe langer je wacht, hoe meer kans de vloeibare pekel krijgt om door te lekken op plekken waar je er niet meer bij kan. Zaak is dus, om zo snel mogelijk je fiets goed schoon te maken.
Gebruik daarbij vooral veel water, maar zorg ervoor dat er niet te veel druk achter zit. Gebruik een tuinslang zonder hoge druk, of gewoon een gieter. Het nadeel van hoge druk is dat je daarmee het zout juist dieper tussen alle onderdelen spuit.
Wees voorzichtig met het gebruik van warm water. Zout lost beter op in warm water en dat heeft voor- én nadelen. Goed opgelost zout laat zich makkelijker van je fiets afspoelen – een voordeel. Tegelijk dringt dat opgeloste zout daardoor nóg makkelijker in de ruimtes tussen alle verschillende onderdelen van je fiets.
Gebruik waar nodig een zachte borstel en besteed extra aandacht aan kwetsbare plekken waar makkelijk zoutresten blijven zitten, zoals de rand tussen je voorvork en stuur, rond je zadelpen en rondom de vering van je voorvork (als je die hebt).
Stap 2: drogen
Als alles goed is afgespoeld, is het ook weer tijd om alles goed te drogen. Doe dat niet door je fiets aan de lucht te laten drogen, maar droog je fiets goed af met een oude doek. Let daarbij juist goed op alle randjes en gaten van je fiets. Juist in die randjes, hoekjes en gaatjes kan (zout) water voor extra slijtage of schade zorgen.
Stap 3: beschermen en smeren
Als je fiets goed droog is, is het tijd om alle kwetsbare plekken weer van de nodige bescherming te voorzien. Een laagje siliconenwax helpt om zout en viezigheid enigszins buiten te houden.
Uiteraard moet je ook je ketting goed onder handen nemen. Daarbij heeft een olie sowieso de voorkeur boven allerlei sprays. Olie, vaak verkocht als lube, komt in meerdere soorten. de hoofdverdeling is wet lube en dry lube. Dat nat en droog duidt de structuur van de olie aan, maar heeft als grappige bijkomstigheid dat ze daarmee ook het meest geschikt zijn voor de gelijknamige weersomstandigheden. Wet lube blijft in natte omstandigheden langer en beter effectief, de droge variant houdt in droge omstandigheden minder vuil vast. Wissel je van type kettingolie? Dan moet je wel eerst je ketting goed schoonmaken, zodat de oude olie echt weggepoetst is.
Als je ketting helemaal schoon en droog is, kun je de olie het beste op je ketting aanbrengen door aan de binnenkant van je ketting op elke schakel een druppel olie aan te brengen en vervolgens je ketting een aantal pedaalslagen rond te draaien terwijl je over alle versnellingen gaat. Zo wordt de olie goed verspreid over je ketting en je cassette. Gebruik niet te veel olie, want dat kan vuil juist aantrekken, waarmee je eerder meer schade doet. Als je dat gedaan hebt, laat dan je fiets een aantal uur rusten. Oftewel, als je er een dag fietsen op hebt zitten, is dit het moment dat je lekker kan gaan douchen en rusten. Ga de volgende dag nog wel even langs je fiets en wrijf alle overtollige kettingolie weg met een droge doek. Daarmee is je fiets weer helemaal klaar voor je volgende wintertocht.